Calcium als weldoener in de darm.

 

ìIkben uitgenodigd voor een osteoporose onderzoek, vindt u het zinnig datik er aan mee doe?î Mevrouw Stientjes is zestig jaar. Ze is een vandegenen, die op grond van risico factoren voor botontkalking isgescreend. ìWaarom ben ik eigenlijk voor dit onderzoek uitgekozen?î,wil ze weten. Ik leg het aan haar uit: ìU bent nu tien jaar in deovergang, uw lengte is al 3 centimeter minder geworden. Dat duidt ophet inzakken van de wervelkolom. Daarnaast heeft u astma, en gebruikt uinhalatie medicijnen om het minder benauwd te krijgen. En om minderinfecties op te lopen. Die medicatie bevat corticosteroid. Dat is eenmedicijn dat botontkalking kan veroorzaken als je het langer gebruikt.Dat is de tweede risico factor. En u vertelde laatst dat uw moeder eenaantal botbreuken heeft gehad op oudere leeftijd. Dat is een derderisicofactor, botontkalking is vaak familiair!î Mevrouw Stientjesbelooft te gaan, het is nu duidelijker waarom ze in aanmerking komtvoor dit onderzoek. Ze had een brief gehad, maar een gesprek werkt tochnog steeds het best. Drie weken later zie ik haar. Ik heb een goedeuitslag. ìU heeft nog geen osteoporose, maar wel osteopenie. Datbetekent dat er minder botweefsel te zien is in de botten, dan opjongere leeftijd. Ik wil eens met u nagaan hoe veel kalk u gebruikt. Wekijken samen, en ondanks haar regelmatig gebruik van zuivelproducten ishet allemaal wat mager. ìU krijgt kalktabletjes van me met vitamine Dî,zeg ik. Ons zonnetje laat deze winter ook verstek gaan. Dat kanvermoeidheid veroorzaken. Er is een tablet, dat die beide stofjescombineert. Een tablet per dag, bij voorkeur voor het slapen gaan, danwerkt het het best!îMet een recept voor drie maanden in haar handvertrekt ze, helemaal blij dat het allemaal nog zo gunstig uitpakt. Danzie ik haar net wat eerder terug, dan ik had verwacht. ìVanmorgen zagik een kranten artikel, waarin staat dat al die kalk tabletten metvitamine D helemaal niets doen. Nu weet ik het niet meer. Het grootstedeel wordt uitgescheiden door de darm, heeft het nu wel of niet zin datik dat slik? Ik voel me erg onzeker hoe ik verder moet!îDat begrijp ik.Ook ik had dat artikel gezien, en al direct gedacht, dat dit wel weerde nodige consequenties zou kunnen hebben voor mijn spreekuur. Mensenpikken zoín berichtje op en de tekst is uit zijn context gelicht.  ìIkga het nogmaals goed voor u nakijkenî, beloof ik haar. ìIs het goed datu voorlopig door slikt en over twee weken een nieuwe afspraak maakt?îZe is daar content mee. Bij zoeken in de literatuur kom ik een artikeltegen waarin een onderzoeker van de universiteit van Wageningen deinvloed van calcium op de gezondheid van de darm beschrijft. Het blijktwel waar te zijn dat slechts een deel van de calcium opgenomen wordt omde botten te versterken. Maar het restant dat door de darm  heengaat doet daar uiterst nuttig werk. Dat blijkt 70% van de ingenomenhoeveelheid te zijn.Bij hoge inname loopt dat op tot 90%. Dit calciumslaat neer in de darm, en hecht zich aan de galzure zouten, enbeschermt zo de darm cellen tegen de schadelijke invloed hiervan. Dezecelbeschermende werking kan waarschijnlijk leiden tot een verminderingvan het risico van bacteriÎle infecties en darmkanker. .Een andererisico factor voor darmkanker blijkt het eten van rood vlees.  Hetstofje dat hier het risico vormt is haem, dat in rood vlees zit. Ookdit stofje bindt zich aan het calcium en wordt zo waarschijnlijkonschadelijk gemaakt. De universiteit van Wageningen onderzoekt ditverder. Dit is goed nieuws. Ik kan mevrouw Stientjes vertellen, dat hetzeker niet voor niets is dat veel ouderen kalk slikken. We moeten daarmisschien wel eerder mee beginnen!

 

Marieke van Schie,

20 februari 2006.